Dit is het archief van netwerk-art.be. Sinds september 2017 kan je terecht op netwerkaalst.be.

Zaaltekst

Tine Guns

To Each His Own Mask

Through developing military technology the “eye’s function has become the weapon”, and guns have been replaced by images.
- Paul Virilio, in War and Cinema

In aanloop naar de voltooiing van haar filmproject To Each His Own Mask presenteert kunstenaar Tine Guns (°1983) in Netwerk Pakhuis een gelaagde installatie waarin de inhoudelijke krachtlijnen van het nieuwe werk doorschemeren. In de kern staat de perceptie van beelden centraal. Thematisch wordt het focuspunt scherpgesteld op de onrustwekkende dualiteit van het masker als proteststrategie in onze snel veranderende hedendaagse samenleving. In haar artistieke praktijk gebruikt Guns systematisch het tentoonstellingsformat als een situationele structuur of ‘tijd-ruimte’ waarin zij een context creëert voor een waarnemingsspel met beelden uit het collectief geheugen. De voortdurende herovering van haar eigen beelden speelt hierin telkens een betekenisvolle rol.

De voorste schermen van de installatie fungeren als een sluier, waarbij de associaties elkaar maskeren. Je kan het werk als afstandelijke observator benaderen, of je tussen de schermen in positioneren. Iedere toeschouwer bepaalt zijn eigen narratieve constructie. In deze constellatie van projecties toetst de kunstenaar actuele maatschappelijke fenomenen zoals de grensoverschrijdende Occupy-protestacties aan een kritische lakmoesproef via het masker van carnaval. Dit alom bekend jaarlijks satirisch evenement wordt ongeacht de regionaal verschillende verschijningsvormen gekenmerkt door een omkeringsritueel waarin een gemeenschap de lokale macht tijdelijk overdraagt aan een spotbewind. Heersende normen en waarden worden tijdelijk opgeschort. Tijdens het carnaval kan de bevolking anoniem gemaskerd burgerlijk ongehoorzaam zijn. Deze praktijk stamt uit een verleden waarin protesten vooral een lokaal gegeven waren, gelinkt aan lokale problemen. In de huidige tijdgeest van falende economische systemen en wereldwijde crisissen wordt politiek en sociaal verzet steeds meer een ‘glokaal’ gegeven. Gelijkaardige problemen worden interregionaal een verbindende factor. Opvallend is het groeiende carnavaleske karakter van dit soort protesten waarbij vooral het masker het straatbeeld domineert. Een mens kan worden verslagen, gedood of gecorrumpeerd, maar een ideaal of idee kan niet zo snel uit de weg worden geruimd. De door het masker verkregen anonieme identiteit stelt het individu in staat om een idee te representeren. Wanneer dit collectief gebeurt, transformeert het volk zich tot één grotesk lichaam dat een gebalde vuist vormt met het oog op de ontmanteling van de gangbare sociale en politieke regimes.
Is de hefboomkracht van die geglobaliseerde protestcultuur een gedroomde realiteit of in werkelijkheid een utopie? Zijn de maskers de voorbode van een daadwerkelijke revolutie of blijven ze zoals in carnavalstijd het ludieke gezicht van een evenementieel ingeburgerde affirmatie van de macht? En wat met de kracht van het masker als spiegel, als karikatuur, nu diegenen aan de macht zelf steeds anoniemer en onzichtbaarder geworden zijn? To Each His Own Mask biedt ons onverhoeds een ander perspectief op de spectaculair gemediatiseerde manifestaties van een wereld die steeds harder – vanuit diverse ideologische strekkingen – om verandering roept. De kunstenaar stelt de huidige protestcultuur kritisch in vraag, en legt via het mechanisme van maskeren als carnavaleske strategie diepgaandere structuren en facetten bloot.