Dit is het archief van netwerk-art.be. Sinds september 2017 kan je terecht op netwerkaalst.be.

zaaltekst

Simple Present

Bert Danckaert

BERT DANCKAERT
Simple Present
08.12.2013 > 09.03.2014

De stedelijke ruimte waarin we ons dagelijks begeven, lijkt overal ter wereld steeds meer interverwisselbaar te worden. Anonieme ontmoetings- en passageplekken in de publieke ruimte waarin we ons tijdelijk bewegen en die we universeel gemeenschappelijk hebben, zoals parkings van winkelcentra, industrieterreinen of metrostations, zijn overal in zekere zin sterk gelijkend. De Franse socioloog Henri Levebvre introduceerde het begrip ‘non-plaats’ om deze door uniformiteit gekenmerkte plekken te duiden. Fotograaf Bert Danckaert (°1965, Antwerpen) focust in zijn werk op stedelijke ‘non-plaatsen’, brengt ze geordend en gestructureerd in beeld en voert een onderzoek naar de culturele identiteit van deze ‘achteloze ruimte’ in de huidige geglobaliseerde wereld.

Aanvankelijk fotografeerde Bert Danckaert in België en buurlanden. Na een bezoek aan de Verenigde Arabische Emiraten merkte hij op dat ook daar de achterkanten van de steden gelijkenissen vertoonden met de Belgische steden. In 2007 maakte hij een eerste reis naar Beijing, daarna trok hij naar Shanghai, Guangzhou, Hong Kong, Brasilia, New York, Istanbul en Kaapstad. Het doel van de reizen is tweeledig: het bezoeken van een bestaande, door context beladen, plek en het kijken er naar met de eigen culturele bagage. Bij het uitstippelen van zijn reizen volgt de fotograaf een persoonlijke improvisatiestrategie. Hij maakt lukrake wandelingen doorheen de stad tot hij zijn beelden vindt: elementen van gebouwen die zowel absurd als tragi-komisch zijn, flarden van een stedelijk landschap die zich als een stilleven presenteren,… Zijn zoektocht kristalliseerde zich in een reeks beelden die weergeven hoe de regionale ruimte steeds meer wordt opgegeven ten voordele van internationale clichés. We krijgen een beeld van de hedendaagse stad – in de generische betekenis van het woord – gelezen aan de hand van de muren als een soort van schriftuur over universaliteit. Het antwoord op de vraag of culturele identiteit nog een plek heeft in een geglobaliseerde context, wordt uiteindelijk genuanceerder geformuleerd dan aanvankelijk gedacht.

Bert Danckaert kiest er voor om prints op bescheiden formaat te tonen. De beelden behouden door deze presentatieformule een zekere intimiteit, die de kijker uitnodigt tot aandachtig inzoomen en dieper ingaan op de verborgen betekenis er van. Danckaert fotografeert altijd ‘democratisch’: met dezelfde lens, met egaal licht, haast emotieloos. Zijn werk vertoont zowel abstract-expressionistische schilderkunstige invloeden als minimalistische en constructivistische architecturale referenties. De aandacht voor de esthetische meerwaarde van het samenspel tussen vormelijke elementen, bepaalde details en kleurvlakken lijkt een doorgedreven formalistische stijl te verraden. De drang tot verregaande abstractie en esthetisering wordt echter gedreven door de overweldigende context van een opgezochte plek. Met een stadswandeling als triviaal vertrekpunt reflecteert Bert Danckaert over de leefbaarheid en de probleemstellingen van de wereld en probeert in beeld te brengen wat hij als fotograaf daarover zou kunnen vertellen, of wat hij er aan zou kunnen toevoegen. Het uitgangspunt is dus niet formalistisch-gemaniëreerd maar sociaal geëngageerd. Inherent aan het ervaren van een urbanistische context is het abstraheren van de onbevattelijke complexiteit en diversiteit er van. De impulsieve noodzaak tot onbewust abstraheren is eigen aan ieders dagdagelijkse ervaring en vertaalt zich ook in de beelden van de fotograaf. In essentie verschuift het beeld met hoog documentair gehalte naar een niveau waarop het meer autonomie verwerft. Achter de doorgedreven esthetisering schuilt echter een bezield sociaal-maatschappelijk discours. Een verwijzing naar de sociaal bewogen fotografie van vernieuwers als Martin Parr en Paul Graham is hierbij relevant. In het begin van de jaren ’80 waren zij de eerste fotografen die de eigen cultuur documenteerden en het gebruik van kleurfotografie niet schuwden. Tot dan toe was kleur- fotografie voorbehouden voor reclame en toerisme, de hoge artistieke norm daarentegen was het weergeven van exotische plekken in zwartwitbeelden. In zekere zin bouwt Bert Danckaert hierop voort. Hij verlegt echter de zoektocht naar het bestaan van culturele identiteit in eigen land naar exotische locaties. Het in beeld brengen van banale plekken in verre landen brengt de vaststelling dat deze vorm van fotografisch exotisme zichzelf opheft: de non-plaatsen vertonen sterke gelijkenissen met dezelfde soort plekken in eigen land. Het is de figuur van de kunstenaar als intensief reizend subject met zijn eigen beladen perceptie die een spanningsveld creëert. Een ander artistiek-inhoudelijk aspect van zijn werk dat hieraan gelinkt kan worden, is het principe van de ‘onzichtbare besmetting’. Een beeld krijgt namelijk een andere betekenis wanneer je de vraagstukken die je bezig houden projecteert op onschuldige objecten die toevallig figureren in een deelkader van een over- weldigende geladen context.

De beeldtaal van de twee nieuwe filmwerken in de tentoonstelling sluit naadloos bij de fotowerken aan. Het verwerken als mens en als fotograaf van de dagdagelijkse abstracte veelheid en complexiteit aan visuele en contextuele informatie, komt in deze werken opnieuw sterk tot uiting. Wat de fotograaf slechts fragmentarisch kan belichten, krijgt in zijn filmwerken een extra dimensie. We zien bijkomende elementen aan bod komen, zoals het tijdsverloop, het figureren van mensen in de beelden en het gebruik van geluid als auditieve abstractie. Het verbindende element in beide films, die zich in uiteenlopende locaties in Guangzhou en Havana afspelen, is het natuurelement water. Een overbrugging wordt gemaakt door een geluidsopname uit nog een derde me- tropool. Het stedelijk geraas uit Mumbai zindert na tot in de ruimte van de fotowerken. Beide films vertrekken vanuit een vast fotografisch standpunt waarin het spel met de horizon centraal staat. De lijn die oneindigheid oproept, brengt hier landschap en stilleven, en foto- en filmwerken samen.

De voorbije 6 jaar diepte Bert Danckaert zijn artistieke praktijk verder uit in een doctoraatsonderzoek, in samenwerking
met de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen en de Universiteit van Tilburg. Het onderzoek vond zijn neerslag in twee publicaties, een met fotowerken als protagonisten en een in de vorm van een roman. Simple Present bevat een selectie van 86 beelden, gemaakt in 18 steden uit 5 continenten. Het tekstgedeelte van het doctoraat groeide uit tot het boek De Extra’s. Danckaert reisde naar Mumbai om naar de kern van zijn doctoraatsonderzoek te kunnen gaan. De fotograaf liet zich samen met zijn broer rekruteren als westerse figurant in een Bollywoodfilm en zag hierin een kans om in de filmstudio’s opnames te kunnen maken van decors. De gelegenheid om de filmsets te fotograferen ging echter door omstandigheden verloren. Dat falen was voor Danckaert de ideale aanleiding om na te denken over de surrealistische schijnwereld van Bollywood en de essentie van fotografie. De Extra’s is een boek over twijfel en mislukking als motor in het artistiek proces, maar ook weer over de betekenis van culturele identiteit en over de inwisselbaarheid van stedelijke non-ruimte.