Dit is het archief van netwerk-art.be. Sinds september 2017 kan je terecht op netwerkaalst.be.

zaaltekst

VIRUS

Nel Aerts / Emmanuel Bayon / Jo Caimo / Helmut Dick / Régis Perray / Roeland Tweelinckx

12.10.2014 > 16.11.2014

De tentoonstelling VIRUS is samengesteld uit een groepspresentatie in de Studio, subtiele ingrepen in het Netwerk-gebouw en tijdelijke acties en interventies in de stad. Aan alle kunstenaars werd gevraagd nieuw werk te realiseren op maat van de tentoonstelling. Enkele kunstenaars laten artefacten, elementen of registraties van bestaande werken ook een rol spelen in de presentatie. De levensvatbaarheid van een virus bestaat enkel bij de gratie van een ontvankelijke gastheer, hoewel deze zich in sommige gevallen niet meteen ervan bewust is als drager te fungeren. Sommige werken die deel uitmaken van deze tentoonstelling hebben zich dan ook geruisloos geïnstalleerd in de huid van de stad en in de bloedbaan van het kunstinstituut.

Met de uitspraak van Ai Wei Wei in het achterhoofd dat kunstenaars in een rationeel sociaal systeem de rol zouden moeten spelen van een virus, nodigt Netwerk zes kunstenaars uit om los van sociale verwachtingen te reflecteren over hun artistieke vermogen om direct of indirect infectieus te werken in een levend organisme zoals de samenleving. Met deze selectie kunstenaars brengen we uiteenlopende praktijken en diverse achtergronden in het experiment. Een virus kan zowel storing als ernstige schade veroorzaken, maar is ook vaak onschuldig. Los van het feit dat de ene duidelijk actief geëngageerd werkt, een andere vrolijk absurde storingen veroorzaakt in de sociale realiteit en nog iemand anders een eerder impliciete maatschappelijke zorgzaamheid uitoefent, komt merkwaardig genoeg gelijkaardig artistiek genetisch materiaal bovendrijven.

De relatie van de West-Europese mens tot zijn religieuze wortels vormt een constante in het werk van kunstenaar Helmut Dick (°1969, D/NL). Een eerste lezing daarvan vinden we in het herwerkte videowerk The Doves (2002). In het Begijnhof zorgt zijn ophefmakende installatie HEMELWAARTS (2014) voor een verrassende openbaring; met als spannende tegenhanger in de tentoonstellingsruimte het rauwe gevecht van de bezeten heilige die de duivelse krachten tracht in te tomen in het Lolitabos der verlokkingen.

Emmanuel Bayon aka Manu Tention (°1989, BE) verleent ons een inkijk in zijn werkmethodiek als stadszorgverlener waarbij hij door middel van zijn Actions/Réparations en Actions Multiples de Petits Rien ongevraagd een spoor van herstellingen nalaat in de stad. Dit soort werk maakt ruimte tussen het azijn en het chagrijn voor een gevoel van hoop dat de solidaire gemeenschapszin nog niet verloren is. Naast de altruïstische motivatie schuilt evenwel ook het individuele verlangen van de kunstenaar om een spoor van zichzelf na te laten in de wereld.

Het poëtisch-realistische werk van kunstenaar Régis Perray (°1970, F) sluit hier sterk bij aan. Leven en werk zijn hier onlosmakelijk verbonden. De kunstenaar verbindt reflecties over de eindeloze cyclus van het leven aan een artistieke arbeidsethiek waarbij het reinigen van de grond centraal staat. De kunstenaar heeft een voorliefde voor de verborgen schoonheid van verwaarloosde grondoppervlakken in plekken die gekenmerkt worden door repetitieve menselijke activiteiten zoals openbare gebouwen, kerken en fabrieken. Al opruimend en poetsend construeert hij zijn identiteit als mens en als kunstenaar. Beide laatst vermelde kunstenaars vertonen enigszins verwantschap met de urbane experimenten van het obscure “repair”- Collective UX, welke zorg draagt voor Parijse monumenten.

Nel Aerts (°1987,BE) legt de vinger op de wonde van wat heet normaal te zijn en hoe je door de grootste gemene deler in de hoek wordt weggezet als je normafwijkend gedrag vertoont. Als kunstenaar kijkt ze hier met kritische ogen naar of verschuilt ze zich achter de natuur om te ontsnappen aan de dwang van culturele normen. Haar intieme werk nodigt uit om de plaats van het kunstwerk in te nemen en vanuit die positie naar de werken in de nabijheid te kijken.

Kunstenaar Roeland Tweelinckx (°1970, BE) breekt uit zijn comfortzone van nauwelijks zichtbare architecturale ingrepen en veroorzaakt een ingrijpende virale storing in het circulatiepatroon van het instituut. Een loos geslagen muurvlak nestelt zich als een bloedklonter in de Studio en boort zich door het glazen membraan van de tentoonstellingsruimte waarbij het de opstelling discreet aantast.

Tijdens het openingsevent laat de jonge Antwerpse kunstenaar Jo Caimo (°1989, BE) de performatieve actie Megamegafoon Ensemble los in de stad, en kan je je als bezoeker wagen aan zijn Rode Oortjes-meter test. De gestolde restanten van deze acties worden geïntegreerd in de gezamenlijke presentatie.

VIRUS maakt deel uit van een krachtlijn in het tentoonstellingsprogramma waarin een aantal facetten van het brede spectrum ‘kunst in relatie tot de samenleving’ onder de microscoop worden gelegd. Netwerk vertrekt hierin steeds vanuit haar eigenheid als centrum voor beeldende kunst en zoekt aanknopingspunten met de directe of ruimere omgeving. In de kern onderzoeken we welke rollen kunst kan opnemen in een samenleving in transitie en hoe de kunstenaars en het kunstinstituut zich tot daartoe verhouden.

De kiem voor deze tentoonstelling ligt in een onderzoekstraject waarbij we de recente ontwikkelingen op het vlak van vernieuwende samenwerking en creatieve uitwisseling tussen de zorgsector en het kunstenveld met belangstelling volgen. Dit onderdeel van onze werking vindt onder meer aarding in het feit dat Aalst zich de laatste jaren profileert als pilootstad in Vlaanderen op het vlak van innovatie in de zorgsector. Kunsthistorisch gezien leest de relatie tussen kunst en zorg sinds de 15e eeuw als een boeiend verhaal. Het samengaan van beide neemt door de eeuwen heen diverse vormen aan, van mecenaat over muze tot kunstprojecten in zorginstellingen. Een mogelijke valkuil in de eigentijdse samenwerkingsvormen is de benadering van kunst als middel om een sociaal doel te bewerkstelligen. Kunst als heilzaam medicijn welke de individuele mens, de stad en bij uitbreiding de samenleving ‘beter’ zou moeten maken. In het publieke domein worden kunstenaars vaak gevraagd om een kankerplek of een verwaarloosd terrein in de stad met een artistieke ingreep op te knappen. Zorginstellingen reiken de hand naar de kunsten om de vermaatschappelijking van de zorg op een creatieve manier te faciliteren of de communicatie tussen zorgverlener en -afnemer te stimuleren. In dit soort nobele transacties wordt niet zelden achteloos voorbijgegaan aan het persoonlijk verhaal, de beweegredenen en de artistieke betrachtingen van de kunstenaar zelf.